Elektropraktijk 2 - 2021

19 # 2 april 2021 r t i k e l n a a m energiegebruik; en tenslotte klassen van energie-efficiëntie.“Waarom vonden wij dit nu zo hard nodig?”, aldus Van Brug- gen. “Omdat we toewerken naar een enorm ambitieus doel in 2050: 95 pro- cent minder emissie van broeistofgas- sen ten opzichte van 1990. En we zien in grafieken dat er momenteel nog geen duidelijke relatie is tussen energielabels van gebouwen en het daadwerkelijke eneregieverbruik. Dat komt vooral door verspilling: er wordt heel veel energie verspild in gebouwen. Gebouwautomatisering kan bij uitstek een rol vervullen in het voorkomen van verspilling.” De essentie van het Weii-protocol zit hem in het feit dat het werkelijk geme- ten energieverbruik van een gebouw gerelateerd wordt aan het gebruiksop- pervlak. De indeling van een gebouw in een energieklasse wordt daarna bepaald aan de hand van deze verhouding ener- gieverbruik-gebruiksoppervlak. Op die manier heb je volgens Van Bruggen een zeer inzichtelijk methode om – per ge- bouwtype – te monitoren hoe het staat met het energieverbruik (en of er maat- regelen nodig zijn). “Het is simpel en be- doeld voor iedereen”, zegt hij over WEii. “We zijn nu bezig met het opzetten van eenwebsitewaarop een calculator komt. We zijn ook in gesprek met leveranciers van energieregistratie en -bewakings- sytemen, omdat we willen dat ze het in hun dashboards gaan opnemen. En we denken dat deze methodiek ook in de wetgeving een rol kan spelen." Aanjagen Al deze belangrijke ontwikkelingen zijn van evident belang voor de elektrotech- nische sector. Binnen de sector is hier gelukkig volop oog voor. Een branchever- enigingen als TVVL ontwikkelt daarom tal van initiatieven op het snijvlak van gebouwautomatisering en energiezui- nigheid. Behalve het genoemde Weii-in- strument gaat het dan bijvoorbeeld om de post-HBO-opleiding Systeemarchitect Gebouwautomatisering die ontwikkeld werd op initiatief van de branchevereni- ging. Ook binnen Techniek Nederland wordt de sleutelrol van elektrotechnisch installateurs in dit opzicht natuurlijk erkend. Volgens woordvoerder Dick Reij- man is BENG een belangrijk onderwerp voor de elektrotechnische sector omdat er meer rekening gehouden moet wor- den met duurzame opwekking door middel van bijvoorbeeld warmtepom- pen, zonnepanelen en zonneboilers. Dat vraagt om specifieke en brede kennis bij elektrotechnische bedrijven.” Daarbij gaat het ook om de combinatie ener- giebesparing-gebouwautomatisering. Techniek Nederland is met het oog op dit onderwerp onder meer nauw betrokken bij de ontwikkeling van Europese regels die de realisatie van ‘smart buildings’ de komende jaren gaan aanjagen. “Een voorbeeld is de herziene Europese Ener- gy Performance of Buildings Directive (EPBD III), waarin systeemeisen worden voorgeschreven voor de verbetering van de energieprestatie van technische syste- men”, aldus Reijman. Behalve initiatieven van bran- cheverenigingen is er natuurlijk ook actie van bedrijven zélf ver- eist. De ontwikkelingen op het gebied van de energietransitie gaan snel en laten zich niet te- genhouden door de huidige pandemie. Volgens Harm Valk zal gebouwautoma- tisering de komende 5 jaar een steeds grotere rol spelen in het realiseren van de BENG-ambities. Dit impliceert dat elektrotechnisch installateurs in de toe- komst steeds meer te maken zullen krij- gen met slimme oplossingen, bedoeld om gebouwen BENG – of zelfs ENG (dat wil zeggen: volledig energieneutraal) – te maken. Dat is niet iets om bang voor te zijn. Integendeel zelfs: elektrotechnisch installateurs die op tijd investeren in de noodzakelijke kennis, vergrotendaarmee in belangrijke mate hun kans op duur- zaam bedrijfseconomisch succes. Y Voor installateurs steeds meer ‘business as usual’: het aansluiten van zonnepanelen. Er ligt een supermooie rol voor gebouwautomatisering

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=