Elektropraktijk 3 - 2021

35 # 4 september 2021 r o d u c t n i e u w s u rand weet. Verstandige bedrijven infor- meren zich over alle ontwikkelingen, want voor innovatieve installateurs lig- gen er grote kansen in de toekomst. Dat geldt zeker ook voor nog een andere be- langrijke trend in de gebouwde wereld: de verslimming van gebouwen. Binnen de gebouwde wereldwordt steedsmeer gebruik gemaakt van slimme technolo- gieën die – oneerbiedig gezegd – ‘aan elkaar geknoopt’ worden tot een smart grid. En de verlichtingsinstallatie kan hierbij een belangrijke rol spelen. Bij Trilux weten ze er alles van. “Wij zien ‘smart building’ als gebouwgebonden installatie die onderlinge systemen met elkaar laat communiceren en aan kan sturen”, aldus Johan van Zeist van deze aanbieder van verlichting. “Zo kunnen onze LED-verlichtingsarma- turen met gevoelige sensoren worden uitgerust, waardoor de verlichting pas inschakelt bij onvoldoende daglicht of de aanwezigheid van mensen. Tege- lijkertijd verzamelen deze armaturen met behulp van geïntegreerde beacons allerhande informatie over het gebruik van het gebouw. Denk hierbij aan de temperatuur, luchtvochtigheid, geluid, bezettingsgraad, aanwezigheid van personen in een ruimte en bezoekers- stromen. Ook data over het armatuur zelf, zoals de in bedrijfsstatus (aan/ uit), dimstand, verbruikt vermogen, branduren en luxwaarde, kunnen in het smart buildingssysteem worden uitgelezen.” Partneraanpak Volgens Van Zeist is de rol van de instal- lateur bij het implementeren van der- gelijke innovaties groot. De Trilux-man noemt de installateur in dit opzicht de ‘verbindende factor’. “Maar ik denk dat het belangrijk is om projecten waarin ‘smart’ centraal staat vanuit een geza- menlijk team/partneraanpak aan te vliegen.” Daarbij gaat het om het for- meren van een team bestaande uit de eindklant (‘wat wil men kunnen met het gebouw?’), de adviseur (‘wat is er technisch mogelijk binnen de gestelde kaders?’), de installateur (‘hoe kunnen de eisen/wensen daadwerkelijk gerea- liseerd worden?’ en de producent. “Ook deze partij is belangrijk”, benadrukt Van Zeist. “De producent weet wat de mogelijkheden zijn, nu én in de toe- komst.” Ook heeft de producent zicht op de manier waarop zo veel mogelijk open source gebouwd en geproduceerd kan worden. “Zodat onderdelen in de gebouwinstallatie met elkaar kunnen gaan communiceren en daarmee in dienst staan van de gebruiker.” In de grote projecten loopt dit volgens Van Zeist goed. “Daar zitten de grotere installateurs op met voldoende kennis en capaciteit om zulke projecten om te zetten. Zij dagen de producenten – sa- men met de adviseur en eindklant – uit en daar komen écht mooie innovaties uit! Vaak maatwerk.” In de iets kleinere projecten wordt vaak net iets minder gevraagd. Maar ook daar zijn volop mogelijkheden. “We zien dat we hier als Trilux-installateurs ook volledig kunnen servicen. Dat wil zeggen: de in- stallateur kan de opties van smart licht gewoon aan zijn opdrachtgever verko- pen, terwijl wij ons als producent druk bezig houden met de juiste productse- lectie, de eventuele commissioning en programmatie op locatie. Dat doen we tegen kosten, die een installateur ook weer kan doorberekenen richting eind- klant.” Grenzeloos Voorbeelden als deze laten zien dat de wereld van de installateur volop in beweging is, ook wanneer het gaat om het installeren van verlichtingsoplos- singen. Dat gaat van relatief basic op- lossingen, zoals daglicht- en aanwezig- heidsdetectie, naar op het oog ingewik- kelder technologie, die het bijvoorbeeld mogelijk maakt armatuurgegevens uit te lezen, installaties via de cloud te beheren, et cetera. Gemene deler van de ontwikkelingen is dat de toekomst meer en meer draadloos wordt via bij- voorbeeld een Mesh-netwerk, blue- tooth, zigbee of casambi. Hierdoor zijn er geen bouwkundige ingrepen meer nodig om intelligentie toe te voegen aan de armaturen. “De grootste uitda- ging voor de installateur is om hierin geen angst te kennen en te vertrou- wen op zijn partners”, zegt Van Zeist. “De opties zijn écht grenzeloos. Heikel breekpunt kan dan weer het budget zijn. Maar daar moet een installateur in de beginfase gewoon de juiste vra- gen over durven stellen aan de eindge- bruiker: wat wil men nou écht dat het gebouw en de verlichting kan? Op die manier kan toegevoegde waarde wor- den verkocht.” Y Bij de Schoenfabriek in Oisterwijk werken de medewerkers in optimale lichtomstandigheden. “‘Smart’-projecten moeten gerealiseerd worden vanuit een partneraanpak”

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=